Nieuwe kansen en trends

Tablets

Tablets zijn een niet meer weg te denken medium in het totale landschap van communicatie. Alleen al de verkoop van…

Tablets zijn een niet meer weg te denken medium in het totale landschap van communicatie. Alleen al de verkoop van de hardware is tot enorme hoogten gestegen, Nederland is hierin koploper in Europa. Bij engelstalige apps is je speelveld de gehele wereld, zonder extra kosten(!). Het specifieke gebruik zal zich nog moeten uitkristalliseren, wat precies de 'core' van de tablets zal worden is nog niet duidelijk, maar dat het niet exclusief voor gaming geschikt is, is compleet helder geworden de afgelopen tijd. Tablets hebben vooral veel praktische toepassingen, en ook beleven gebruikers de content er intensiever op dan op online websites. 'Beleving' is dan ook een sleutelwoord in het bedenken en aanbieden van content-apps, waar fotografie onder valt.
Daarbij is het duidelijk dat beelden fantastisch ogen voor gebruikers: de kwaliteit van de schermen is omhoog gegaan, voeg dit bij de doorzicht-presentatie, en het is duidelijk dat dit een geheel andere plek inneemt dan drukwerk en websites (bekeken op schermen met minder pixels). Dit, plus het gebruik van de luxe ogende hardware maken tablets een middel om je fotografie per definitie een 'upgrade' te geven.

Publishing

Op het moment dat je als fotograaf je gaat wagen aan een app met je eigen fotografie, is het nu nog zo dat je ook je eigen uitgever wordt: er zijn nog geen verzamelplaatsen voor fotografie-apps, behalve dan de Apple-store, of de market van Android, maar dat zijn winkels, geen uitgevers. Dit betekent nu dat het lijkt op een boek in eigen beheer uitgeven, met alle voor- en nadelen er gratis bij, zoals het financiële risico. Dit risico is echter af te dekken met financieel voorwerk: zo zijn de subsidieverstrekkers erg geïnteresseerd in projecten waar nieuwe media in betrokken zijn, en valt een app onder veel meer subsidie-categorieën dan alleen fotografie, vanwege het innovatieve karakter.
Ook sponsoren zijn gevoelig voor het aantrekkelijke imago van publiceren op tablets. Wees echter eerlijk en noem geen download-aantallen die alleen maar tegen kunnen vallen. Voor sponsoren gelden ook andere parameters: hun bedrijfs-imago, het momentum en innovatie zijn belangrijker op dit moment, en het werkt beter ze daar mee aan te trekken. Het bereik van apps is nog beperkt.
Geld zal een rol spelen, omdat een app niet zonder kosten ter wereld komt. Zo heb je bij zowel Apple als Android uitgeef-kosten om de app beschikbaar te maken nog vóórdat iemand iets gezien heeft: Den cost gaet voor den baat.

Functie

Een app zal een enorme boost geven aan de dynamiek die rond je hangt als fotograaf, ondernemer en merk. Het is zonder twijfel het meest sexy platform en dat straalt af op alles wat je doet. Echter, het is een absolute no-go om één-op-één een je website op de tablet te zetten en dan te roepen dat je een app hebt draaien. Juist speciaal voor het medium moet een vorm bedacht worden die je nergens anders aantreft. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een productie-dagboek van de drie maanden terwijl je met een project bezig bent waarin je toewerkt naar een climax (bijvoorbeeld een boek of expositie). Of een wekelijks uitkomend behind-the-scenes verslag van de tv-shows in Aalsmeer die je fotografeert voor je klant en die de week daarna uitgezonden worden op tv. Of een verzameling drie-vragen-interviews met alle mensen die je afgelopen jaar geportretteerd hebt. Een tablet app is immers geen doel op zich maar het is een middel om mensen te binden aan je activiteiten als fotograaf.
In tegenstelling tot wat veel mensen denken is een tablet níet een online tool, dat zijn de websites. Althans, zo moeten apps niet behandelt worden: door ze als een offline product in elkaar te zetten kun je een momentum generen en gebruikers scherp krijgen op die volgende keer dat je app uitkomt of er een update beschikbaar is. Online heeft geen momentum, behalve dat continue openstaand kanaal, dat vooral erg geschikt is voor nieuws en actualiteit. In de toekomst zullen apps wel steeds meer online worden, maar dat veranderd niets aan het beschikbare 'download-moment' dat zo geschikt is de aandacht te vestigen op je activiteiten.

Netwerk

Gezien de toepassing is het raadzaam bij het uitgeven van een fotografie-app van een cc (controlled circulation) constructie uit te gaan, je app zal immers geen tienduizenden downloads gaan halen, en al helemaal niet als je er een betaalde van maakt. De app inzetten voor promotie van je project, en het interesseren van mogelijke opdrachtgevers (zo is het op dit moment nog zo dat je bijna zeker free publicity gaat krijgen met je app, omdat er nog zo weinig op de markt is) zijn de juiste redenen om een app te gaan maken, en ook zal het van grote waarde zijn voor je merkpositie. Dit doe je het best door heel precies uit te zoeken naar wie je hem kunt sturen en met een mailing melden dat je app beschikbaar is in de app-store.
De nieuwsgierigheid is op dit moment nog erg groot, dus is het gevolg dat een groot percentage van de mensen die je gemaild hebt de app ook daadwerkelijk gaat bekijken. Zoals met alle promotie-activiteiten werken die mailings het beste die persoonlijk gericht zijn, maar ook berichten op je Facebook-pagina en Tweets zijn uitstekend bruikbaar voor de kruisbestuiving om je aankomende app binnen je netwerk kenbaar te maken. Middels eenvoudige analytics-programma's is nauwkeurig te monitoren wie er naar je app gekeken hebben en waar ze het meeste aandacht aan hebben besteed. Dit is extreem leerzaam en waardevolle kennis voor je verdere activiteiten.

Produktie

De meeste mensen gaan er vanuit dat een app erg duur is om te produceren. Dat is niet waar. Als beeldmaker heb je erg veel zelf in de hand, en als je gebruik maakt van bestaande platforms kun je binnen hun mogelijkheden veel inter-activiteit toevoegen en een dynamische presentatie van je activiteiten in elkaar laten sleutelen. Door een samenwerkingsverband met een designer aan te gaan kun je erg goedkoop een app produceren, sommige platforms bieden bijvoorbeeld hun plug-ins gratis (!) aan. Oók zij zijn blij als je je project op hun platform gaat draaien namelijk. De basis is een DTP-programma, maar dat hebben alle designers in huis.
Op eenvoudige manier kun je de app in de App-store geplaatst krijgen, wat een vast bedrag kost, als je zelf een developers-account bij Apple opent. Een grondige productie kost minimaal enkele maanden, dus het is geen luxe goed voor te bereiden en op tijd te beginnen. Als je het goed doet speelt het 'moment' namelijk een grote rol in het productie-proces.

Strategie

Het is niet meer van deze tijd om slechts op één medium vertegenwoordigd te zijn. Als je het alleen bij je camera houd, kun je er zeker van zijn dat dit een weg is die je geen zakelijke groei meer op gaat leveren. Om die reden kunnen tablets een toegevoegde rol spelen en je helpen meerdere kanalen naar je klanten open te zetten. Als ondernemer is het van belang al je activiteiten voor zo veel mogelijk mensen, op zo veel mogelijk manieren zichtbaar te maken. Onderling dienen deze uitingen te verschillen, en aangepast te zijn op het medium dat gebruikt wordt, zodat het voor dezelfde gebruiker interessant blijft om je activiteiten op meerder plaatsen te volgen. Zet op Facebook dus níet hetzelfde als op je site, en in je app. Zo haal je het maximale uit je activiteiten en je netwerk.
Het is zaak op voorhand goed te brainstormen over het specifieke (verhalende) karakter van dit medium; slechts je portfolio in een app gooien zal niets toevoegen aan je online presentatie.
Zie een app niet als een money-maker, maar focus op break-even als ultieme financiële doelstelling uit de directe exploitatie. De effecten ernaast zullen mogelijk wél geld kunnen genereren, zoals opdrachten, of print- of boekverkoop. Daarbij is de promotionele waarde enorm, evenals de afstraling op je merkpositie: mensen zullen anders tegen je aan gaan kijken en vaker aandacht aan je (werk) gaan besteden.

Tekst: Rob van Bracht

Kansen en trends in Social media

Het inzetten van social media is eigenlijk een vorm van mond tot mondreclame. Stimuleren dat er over je gepraat wordt.…

Het inzetten van social media is eigenlijk een vorm van mond tot mondreclame. Stimuleren dat er over je gepraat wordt. Als fotograaf heb je hierbij overigens een enorm voordeel. Foto's en video's zijn bij uitstek onderwerpen die mensen willen delen of waar ze op reageren. Daar is veel onderzoek naar gedaan, het blijkt dat berichten met beeld het meeste effect scoren en met name video's de potentie hebben om het meeste verkeer te genereren of zelfs 'viraal' te gaan. Het 'delen' van meningen, artikelen, foto's en video's is dus de motor voor social media. Het beschermen van copyright is in dit 'sharing model' vrijwel onmogelijk en werkt zelfs remmend. Besef dus goed wat je wel of niet deelt maar deel datgene wat je wilt delen vooral kwistig.

Friends en Newsfeeds

Populaire netwerken als Facebook, Hyves en LinkedIn zijn zogenaamde 'friending networks'. Je moet vrienden maken om effectief gebruik te maken van deze netwerken. Zonder vrienden is het hier letterlijk een dooie boel. Deze netwerken maken gebruik 'News Feeds'. Je ziet in zo'n feed de berichten voorbijkomen die jouw vrienden met je 'delen'. Op zo'n bericht kun je reageren of het op jouw beurt opnieuw delen zodat ook jouw vrienden (en de 'vrienden van jouw vrienden') het bericht eveneens te zien krijgen. Daar zit 'm ook de virale kracht. Gemiddeld heeft elke gebruiker zo'n 150 vrienden. Een bericht waar actief op gereageerd wordt zal dus al snel door een paar duizend mensen gezien worden. Bij virale berichten lopen die aantallen al snel op naar de tien- tot honderdduizend.

Twitter is een uitzondering op dit vriendschapsmodel. Dit netwerk maakt gebruik van volgers waarbij de tegenpartij weliswaar op de hoogte wordt gesteld dat iemand hem of haar volgt, maar geen actie hoeft te ondernemen om die relatie te bevestigen. Dat betekent dat veel Twittergebruikers vaak veel meer dan 150 volgers hebben en het effectieve bereik van interessante berichtjes hier vele malen groter kan zijn. Steeds vaker bewijst Twitter zich als ideaal netwerk voor 'breaking news'. Nadeel is dat de newsfeed van dit netwerk een onoverzichtelijke stroom aan informatie kan zijn waarbij je als gebruiker moet leren om te filteren. Een tweede nadeel voor fotografen is dat Twitter niet standaard een foto of video 'inline' zal tonen. Tweets zijn zogeheten micro-messages die maximaal 140 karakters kunnen bevatten waarbij een foto of video als een link wordt opgenomen. Veel twitter programma's kunnen die link vervolgens ophalen en direct bij het bericht tonen, maar dat doen ze lang niet allemaal.

Google heeft als laatkomer goed gekeken naar de successen van bovenbeschreven netwerken om hier een interessante combinatie uit te destileren. Google+ is nieuw netwerk dat als een combinatie van Twitter en Facebook omschreven kan worden. Evenals bij Twitter kun je hier mensen volgen zonder dat zij de vriendschap eerst dienen te bevestigen. De personen die je volgt kun je vervolgens onderverdelen in handige groepen die Google 'circles' heeft gedoopt. Het voordeel van deze benadering is dat fanatieke gebruikers in Google+ snel een heel groot netwerk op kunnen bouwen en er actiever op berichten wordt gereageerd dan bijvoorbeeld bij Facebook. Toch oogt de newsfeed van Google+ net zo overzichtelijk als die van Facebook waarbij foto's en video's uitstekend tot hun recht komen. Bijkomend voordeel voor fotografen is dat Google gebruik maakt van Picasa voor het beheren van foto's in galleries.

Keuzes maken

Wie social media actief wil inzetten moet wel een paar belangrijke beslissingen nemen. Een doordacht plan van aanpak is absoluut zinvol voordat je in het diepe springt.

Allereerst is daar de keuze van het in te zetten sociaal netwerk zelf. Facebook is op dit moment het meest geschikte netwerk voor fotografen. Niet alleen omdat het met een kleine miljard gebruikers het grootste ter wereld is, maar ook omdat het ideaal is voor het presenteren van foto's in albums.

Google+ is langzamerhand een serieus alternatief voor Facebook en beschikt vanwege de Picasa integratie over zelfs nog beter beheersbare fotoalbums. Toch blijven veel experts vooralsnog overtuigd van de leidende rol van Facebook. Google+ groeit hard maar kan zich nog lang niet meten aan het fenomenale bereik van Facebook.

Twitter is eveneens een populair platform maar is wellicht minder handig voor fotografen. Misschien dat fotojournalisten het nieuwswaardig karakter van dit netwerk goed kunnen inzetten, maar voor een reclame of bedrijfsfotograaf is het lastig om de toegevoegde waarde te ontdekken. Dat heeft o.a te maken met het feit dat veel Twitter programma's de 'tweets' die een bijgesloten foto bevatten niet direct weergeven, maar enkel presenteren middels een link. Binnen Facebook of Google+ wordt de foto in vol ornaat bij het bericht getoond...

Meten is weten

De keuze voor het inzetten van een of meerdere van deze platformen is mede afhankelijk van hetgeen je wilt bereiken. Waar zitten je klanten? Wat wil je zelf bereiken? Wil je vooral veel nieuwe klanten naar je website trekken omdat je bijvoorbeeld een publieksfotograaf bent? Of ben je juist op zoek naar een klein maar waardevol netwerk waar je juist met strategische beslissers in contact wil komen? In het eerste geval zou Facebook weleens een betere optie kunnen zijn, in het laatste geval is LinkedIn misschien effectiever. Beide platformen inzetten kan natuurlijk ook, maar bedenk daarbij wel dat het tijd kost om verschillende netwerken te onderhouden. Probeer in ieder geval al doende te meten hoe effectief je inzet is. Zo kun je bijvoorbeeld in Google Analytics meten hoeveel verkeer naar je website vloeit vanaf sociale netwerken. Daarnaast zijn er verschillende diensten zoals Hootsuite die het effect van je social media activiteiten kunnen meten...

Persoonlijkheid en Privacy

Als je nog niet (of niet actief) begonnen bent met social media is de belangrijkste keuze die je moet maken de vraag of je jezelf als 'bedrijf' wilt profileren of dat je jezelf middels een persoonlijk profiel gaat presenteren.

LinkedIn is een netwerk voor personen, al kun je hier aangeven dat je samen met een aantal collega's voor een specifiek bedrijf werkt waarbij je ook beperkt enige basisinformatie over het bedrijf kunt opgeven.

Facebook en Google+ geven je de mogelijkheid om naast een persoonlijk profiel ook een bedrijfspagina aan te maken en berichten te posten uit naam van het bedrijf. Twitter heeft die optie recentelijk toegevoegd, maar alleen voor geselecteerde bedrijven.

Waar je ook voor kiest, iedereen zal altijd eerst een persoonlijk profiel moeten aanmaken. Belangrijk is om hiervoor altijd je echte naam te gebruiken en niet je bedrijfsnaam. Als je eenmaal een persoonlijk profiel hebt aangemaakt kun je eventueel een bedrijfspagina aanmaken. Het persoonlijke profiel is dan tevens de eigenaar van die bedrijfspagina en kun je hier vervolgens andere medewerkers als medebeheerders toevoegen.

Bedrijfspagina

De vraag of je een extra pagina voor je bedrijf moet aanmaken is wel van wezenlijk belang. Bedrijfspagina's zijn bedoeld voor bedrijven die meerdere medewerkers hebben die gezamenlijk de pagina onderhouden. Vergis je niet in de hoeveelheid werk als je kleine zelfstandige zowel een persoonlijk profiel als een bedrijfspagina moet bijhouden.

Er zijn echter wel paar belangrijke voordelen voor het bouwen van een 'merk' met behulp van een bedrijfspagina. Bijvoorbeeld wanneer je afhankelijk bent van een publieke vestiging zoals een winkel. In dat geval kun je een bedrijfspagina koppelen aan een locatie zodat bezoekers hier kunnen inchecken. Daarnaast kun je het bereik van je bedrijfspagina meten met Facebook Insights of Google Analytics.

Vuistregel is dat social media bovenal om personen gaat zodat je het beste eerst aan een persoonlijk profiel kunt werken om ervaring op te doen. Een bedrijfspagina aanmaken is raadzaam maar kan altijd nog...

Tekst: Fred van den Ende

Storytelling

Voor de Duitse historicus en schrijver Philipp Blom is het duidelijk: de mens is een dier dat verhalen vertelt. Volgens…

Voor de Duitse historicus en schrijver Philipp Blom is het duidelijk: de mens is een dier dat verhalen vertelt. Volgens Blom hebben mensen verhalen nodig, omdat ze orde scheppen in de chaos en zin geven aan gebeurtenissen.

Wat is het?

Storytelling is 'hot' binnen de fotografie, er wordt veel over geschreven en wordt oor een aantal kenners zelfs gezien als de redding van de documentaire fotografie.
Wat er precies met storytelling wordt bedoeld, is niet altijd even duidelijk, maar vaak wordt de term gebruikt in samenhang met internet, web documentaires, apps, tablets en multimedia.

Er zijn veel verschillende vormen en namen voor verhalende fotografie, oud en nieuw: reportage, documentair, beeldverhaal, foto-essay, fotoboek, multimedia of interactief. En: humanistische fotografie, concerned photography, fotojournalistiek, visuele antropologie. Wat al die vormen van verhalende fotografie gemeen heeft, is dat het gaat om een serie beelden die een zekere samenhang vertonen.

Waarom nu?

De huidige aandacht voor storytelling is niet los te zien van een aantal technische ontwikkelingen en ontwikkelingen in de markt voor fotografie. Nooit eerder was het zo eenvoudig, goedkoop en snel om verhalen te maken en te verspreiden. De digitalisering en internet hebben dat mogelijk gemaakt. En met de nieuwste generatie fotocamera's is ook video binnen het bereik gekomen van fotografen.

Daartegenover staat dat de professionele fotograaf steeds meer concurrentie ondervindt van amateurs en parttime fotografen. Maar deze groep beperkt zich voornamelijk tot het maken van losse foto's, meestal van eenvoudig toegankelijke onderwerpen. Aan lange series en diepgravende of minder fotogenieke onderwerpen, wagen ze zich zelden. Voor de professionele fotograaf ligt hier dus een kans om zich te onderscheiden.

Voor wie?

Hoewel veel fotografen één of andere vorm van verhalende fotografie beoefenen, zijn het de documentaire fotografen die aan langlopende, diepgravende projecten werken, die het meest kunnen profiteren van de nieuwe mogelijkheden.
Deze fotografen kunnen al jaren niet meer rekenen op het geïllustreerde tijdschrift voor het publiceren van hun werk. Tentoonstellingen en fotoboeken zijn een duur alternatief en het bereik is meestal gering.
Internet biedt een verleidelijk perspectief: het is goedkoop, lengte en omvang van de productie zijn geen probleem en het bereik is in potentie gigantisch.

Dat klinkt prachtig, maar ook hier is de praktijk weerbarstig. Het vergt heel veel energie, geduld en talent om de kansen te benutten.

Beeldtaal

De meeste fotografen zijn verzamelaars van losse foto's. Ze maken foto's, geen verhalen. De verhalen worden vaak gemaakt door de fotoredacteur, art director, curator of ontwerper.

Voor storytelling is meer nodig dan een goed oog voor beeld.

De kracht en populariteit van fotografie is haar bijzondere relatie met de werkelijkheid. Door deze werkelijkheid te bevriezen wordt hij transparant en helder.
We kijken met onze ogen, maar wat we zien (de betekenis) wordt bepaald door onze hersenen.
Hoewel lezen en kijken twee verschillende activiteiten zijn, wordt in beide gevallen gebruik gemaakt van de linker- en rechter hersenhelft – van ratio en emotie – bij het interpreteren: we visualiseren wat we lezen en gebruiken woorden om te beschrijven wat we zien.

Een foto of fotoserie is een visuele constructie met betekenis(sen) en fotografie is te vergelijken met een taal, een beeldtaal met een eigen – visuele – vocabulaire. Omdat mensen met een vergelijkbare achtergrond (cultuur, opleiding) foto's op dezelfde manier interpreteren (zien), kunnen we met foto's communiceren en een verhaal vertellen.

Verhalen vertellen

Wie een verhaal wil vertellen, heeft luisteraars, lezers of kijkers nodig. Zonder publiek is er geen sprake van communicatie. En dat publiek moet begrijpen wat er vertelt wordt. De verhalenverteller (zender)en zijn publiek (ontvanger) moeten dezelfde taal spreken.

Iedere schrijver heeft zijn eigen publiek en iedere muzikant zijn fans. Ook voor fotografen geldt dat ze hun eigen publiek en fans moeten vinden. Het is verstandig om al in een vroeg stadium na te denken over wie je publiek is en hoe je dat denkt te bereiken.

Checklijst

Een verhaal begint met een idee of onderwerp. Meestal is dat iets dat de fotograaf op een bepaalde manier boeit of interesseert. De volgende stap is meestal direct fotograferen (verzamelfase).
Een fotograaf start een fotoproject vaak voor eigen rekening en risico, zonder garanties. Voordat hij veel tijd en energie steekt in het project, zou hij zich moeten afvragen hoe en wanneer hij die investering kan terug verdienen.

Om een helder beeld te krijgen van de potentie van een fotoproject, moet je de volgende vragen beantwoorden:

  • Wat is de titel van het project?
  • Wat is het onderwerp?
  • Wat is op hoofdlijnen de inhoud (maximaal 200 woorden)?
  • Wat is het belang (waarom)?
  • Hoe ziet het project eruit (foto's, tekst, geluid, video, archiefmateriaal)?
  • Hoe wordt het gepresenteerd (publicatie, boek, tentoonstelling, web, app)?
  • Wat maakt jou geschikt om dit project uit te voeren?
  • Welke partners heb je nodig?
  • Wie wil je bereiken (publieksgroepen)?
  • Hoe ga je je publiek bereiken?
  • Wat is je tijdplan?
  • Welke inkomstenbronnen zijn er?

Niet alle vragen zijn bij de start van een project al goed te beantwoorden. Begin met een paar steekwoorden. Blijf naar de antwoorden zoeken en probeer ze zo concreet mogelijk te beantwoorden (namen, cijfers).

De checklijst is niet alleen een 'realitycheck' met betrekking tot de haalbaarheid van het project, maar ook de eerste opzet van een projectplan. Zo'n plan helpt je tijdens het proces om op koers te blijven.

Structuur

Er zijn heel veel manieren om een verhaal te vertellen. Iedere fotograaf moet zijn eigen handschrift, vocabulaire en verteltrant ontwikkelen.

Uitgangspunten voor een goed verhaal zijn SUCCES:

  • Stopping power (stopkracht, aandacht)
  • Unexpected (verrassing)
  • Concrete (duidelijk, tastbaar)
  • Credible (geloofwaardig)
  • Emotion (gevoel)
  • Simple (eenvoudig)
  • Verhaallijn

Om tijdens het fotograferen (verzamelfase) zicht te houden op de voortgang, is het uitschrijven van een verhaallijn een handig hulpmiddel. Deel je idee/onderwerp op in onderdelen (hoofdstukken), bedenk bij ieder onderdeel zo veel mogelijk foto's (visualiseren), schuif met de onderdelen totdat je de sterkste volgorde hebt gevonden (verhaallijn). Dit proces is niet eenmalig, maar kan/moet tijdens het project op meerdere momenten worden herhaald.

Web documentaires

Online storytelling biedt veel nieuwe mogelijkheden. Digitale platforms (websites, apps) en mobiele apparaten (tablets en smartphones) spelen een steeds grotere rol bij het verspreiden van informatie. In vergelijking met traditionele printmedia hebben ze een aantal voordelen: laagdrempelig, goedkoop, geen beperking in lengte of omvang, mogelijkheid om geluid en bewegend beeld toe te voegen, groot bereik en direct contact met je publiek.

Alles kan en alles kun je ook zelf doen. Dat is verleidelijk, uitdagend, maar ook gevaarlijk. Hoe complexer het project of hoe groter je ambities, hoe groter ook het gevaar dat je door de bomen het bos niet meer ziet.

Als je alle mogelijkheden wilt benutten of alles zelf wilt doen, dan moet je ook van veel zaken kennis en ervaring hebben. Dat is praktisch onmogelijk (en ook onnodig). In de digitale keten van productie, distributie, promotie en geld genereren is kennis van de techniek essentieel. En die techniek(en) is voortdurend in ontwikkeling. Onmogelijk om allemaal bij te houden. Succes in de digitale wereld vraagt om samenwerking.

In plaats van alles zelf te willen doen, kun je beter samenwerken met anderen die in jou en je project geloven. Belangrijk is dan wel dat je je eigen rol in het project duidelijk voor ogen hebt. Wat doe je en waar ben je verantwoordelijk voor? Om de regie over een project te houden zal je naast fotograaf ook de rol van producent of uitgever op je moeten nemen. En dus moet je kunnen organiseren (planmatig werken), overtuigen, stimuleren en geld kunnen vinden.

Storytelling biedt nieuwe kansen, maar ook grote uitdagingen. Dat betekent veel vallen en opstaan; eenvoudig is het niet, spannend wel. Echt iets voor ondernemende en ambitieuze beeldprofessionals.